Vogelreservaat Kapiti Island
Door: webmaster
Blijf op de hoogte en volg Oetske
09 Maart 2009 | Nieuw Zeeland, Wellington
Om 7 uur de schipper gebeld. De boot zou varen vandaag. Mooi zo. We konden de bagage bij Craig stallen en dan morgen weer ophalen. Een lekker uitgebreid ontbijt weer. Craig kwam er gezellig bijzitten met zijn koffie. We konden nog even skypen met Marius en Louise. Het was daar uiteraard nog zondagavond. De foto’s weer overgezet. We maakten nog een wandeling ‘langs de rivier’. Door een gorge. Een speciale wandeling want hier is het eerste gedeelte van Lord of the Rings’ opgenomen. Niet dat we dat er echt uit herkenden maar het idee is erg leuk. Dat het ging regenen minder. Maar gelukkig hadden we weer plastic capes gekocht en die deden het erg goed. We zagen er niet uit maar we kwamen toch geen kip tegen. Wel een toilet in het niks. Om 12 uur weer weg want we moesten natuurlijk wel op tijd voor de boot zijn. In Pareparemau beach aangekomen was er nog weinig te beleven op het strand. Gevraagd en we zouden wel gehaald worden. Dat klopte. Er stond een boot op een trekker en die moesten we hebben. We waren de enige gasten die overgezet werden naar het eiland. De trekker reed de zee in en de boot ging eraf. Na 20 minuten waren we aan de overkant. Het vogelreservaat Kapiti Island. Net zoiets als de nacht mogen doorbrengen op Rottumerplaat ofzo. Best wel uniek. Er zijn maar 12 vergunningen per nacht. Meer mogen er niet op. En ja, op zo’n dag had het kunnen regenen, het had kunnen stormen, het had kunnen onweren….maar dat deed het allemaal niet: het was stralend, warm weer. Geluk gehad dus. Op het eiland aangekomen bleek dat we niet de enigen waren. Er waren nog 5 andere gasten. De gastvrouw die ons haalde zei dat er nog twee Nederlanders waren. Ja hoor, zal wel weer. Ze bracht ons naar onze slaaphut. Er waren 2 stapelbedden. Ze zei dat de Nederlanders daar sliepen en ze wees naar de muur. Och he, dacht ik, slapen we ook nog met z’n vieren op een kamer?! Maar nee, gelukkig wees ze naar de muur, het waren onze buren. We kregen koffie en daarna werden we apart genomen door een van de beheerders van het eiland, een maorivrouw. Zij vertelde over de geschiedenis van het eiland en ook welke vogels er allemaal zijn. Veel vogels horen tot de bedreigde diersoorten. Het eiland deed in het verleden dienst als basis voor de walvisvaarders van europese afkomst. Nadat de vangst geen winst meer opleverde namen enkele Maoristammen het eiland over. Er werden koeien en schapen naar het eiland gebracht en het eiland werd kaal gekapt om er grasgrond van te naken. Daarmee verdween ook het overgrote deel van de vogels. Zo’n 100 jaar geleden vonden enkele Nieuw Zeelanders dat dat weer terug moest komen en langzaamaan zorgde men dat alle muizen en ratten en possums van het eiland verdwenen. Daarna ook het vee en de katten. Zo waren er geen natuurlijke vogelvijanden meer. Alleen tegen de havik die zo nu en dan boven het eiland cirkelt kan men niets doen. We zage meteen al enkele brutale Weka’s lopen en twee Pakahe’s. En we moesten oppassen voor de Pakara’s want deze papegaaien pikken zo je brood uit je hand. Nou dat wisten we dan ook weer. Alle deuren moesten gesloten blijven want die vogels gaan overal naar binnen. We hadden nog een paar uur voor het diner (tea, noemen ze het) om het eiland te verkennen. Het leek expeditie Robinson wel. We namen een pad naar de top van een heuvel (510 m). Onderweg hoorden en zagen we de Tui’s en Kea’s en andere papegaaien en vogels die we niet meer wisten. Mooi hoor. Het uitzicht over de Tasmanzee en de lagune was ook adembenemend. Terug bij het huis waren daar ook de andere gasten. 3 Engelsen en de 2 Nederlanders. Tja, we konden moeilijk niks tegen ze zeggen dus we begonnen een praatje. En natuurlijk werd het best gezellig. Ook met de Nederlanders. Nel en John. Ze komen uit Woerden en hadden net het Zuidereiland achter de rug. Gezellig een paar uurtjes met hen en met de Engelsen doorgebracht. Het diner was heerlijk. Om half tien weer de wandelschoenen aangetrokken. We gingen Kiwispotten. Met twee gidsen en de gasten. Eerst een inleidend praatje. Een kiwi is (letterlijk) een rare vogel. Zijn bouw en bottenstelsel doet meer aan een zoogdier denken. Ook het verendek heeft gelijkenissen met een vacht, zoals van een kat. Vliegen kan hij niet. Ergens in de evolutie moet hij in zijn ontwikkeling van vogel naar zoogdier zijn blijven steken. Er zijn 1200 kiwi’s op het eiland maar zo schuw dat ze van hun eigen schaduw schrikken. Ze blijven het liefst in het donker. Nou, dan zouden we vanavond niet zoveel geluk hebben dachten we want het was volle maan. Toen we 5 minuten op weg waren hoorden we een kiwi roepen. Wij als kippetjes achter de gids aan. Wij liepen achteraan. Nee, geen kiwi, de gids draaide om en ineens liepen we vooraan. En op dat moment….. de gids knipte zijn licht aan en twee kiwi’s op 2meter afstand in het licht van de zaklamp. Prachtig! Wij werden gefeliciteerd en welkom geheten. Wij waren nu ook Kiwi’s. 3 leden van onze groep hadden ze niet niet gezien, zij liepen achteraan. Jammer voor hen. Dus gingen we nog verder. Als slaapwandelaars liepen we nog in stilte 2 uur door het bos maar geen kiwi meer te zien. Wel een uil. Was ook heel leuk; hij bleef zo netjes zitten. We zagen in de heldere hemel duidelijk het Zuiderkruis en ook Orion, maar dan andersom. Het verbaasde ons dat Orion hier ook te zien is. Om half 12 gingen we weer terug en gauw naar bed. Het slapen ging boven verwachting. Wel ’s nachts er nog even met zaklamp uit naar de toiletruimte.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley